Conny Janssen Danst zelf draagt choreograaf Dalton Jansen voor in de 8e editie van DANSLOKAAL. In DANSLOKAAL 8 werkt Dalton aan een nieuw stuk met dansers Liza Wallerbosch, Hiro Murata, Ricky Nainggolan en Glinshi Biantama. We stelden hem enkele vragen over zijn ervaringen met dit talentontwikkelingstraject.
Je bent één van de makers in DANSLOKAAL 8. Wat betekent dat voor je?
Dalton: Het is voor mij een eer om in DANSLOKAAL te mogen werken. Het is een project waar ik al heel lang naar uit kijk. Tijdens mijn opleiding – Urban Contemporary aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten – hoopte ik al ooit werk te maken met de professionele dansers van een gezelschap. Nu is het zover! Ik vind het fijn dat Conny Janssen Danst Rotterdams is; ik kom zelf ook uit Rotterdam. En het is inspirerend om Conny Janssen als coach te hebben. Ik voel me blessed dat ik dit mag doen, dat ik mag groeien. Groeien door met mensen te werken die Conny Janssen heeft uitgekozen. Het is een bijzondere ervaring.

Hoe is het om met de dansers van Conny Janssen Danst te werken?
Dalton: Ik vind het supertof om met de dansers van Conny Janssen Danst te werken, want je ziet dat het dansers zijn die heel erg hun eigen individualiteit hebben. Ik vind het interessant dat ook zij in DANSLOKAAL uit hun comfortzone worden gehaald, door met iemand anders te werken dan Conny Janssen. Het is een nieuwe ervaring voor mij, maar ook voor hen.

Wat kan het publiek verwachten van jouw choreografie in DANSLOKAAL?
Dalton: Ik hoop dat de bezoekers van mijn voorstelling zich kunnen identificeren met wat ze zien. Dat zij de tijd waarin we leven – sinds de quarantaine – herkennen in het stuk. Het gaat over de frictie, de spanning, die we met z’n allen voelen. Over dat we hoop moeten zoeken in liefde en in empathie. Dat is mijn gevoel bij deze tijd en dat breng ik graag over op het publiek.