Interview met Remy Tilburg (31) over Monuments in Solitude
“Dat wij veilig waren op het ‘schip’. Het was heel duidelijk dat dat Conny’s eerste prioriteit was. Voor haar kwam de plotselinge lockdown tien keer harder aan dan voor ons: zij moest ineens zó veel beslissingen nemen, voorstellingen en hele producties annuleren, haar dansers aansturen, zorgen dat wij verder konden gaan. Ze moest daarin sterk staan. Als een kapitein op een schip. Zodat wij ons veilig konden voelen, vertrouwen konden hebben dat het goed zou komen.”
Tekst: Astrid van Leeuwen | Foto boven: filmstill van samenwerking met Dakendagen
“Zelf was ik aanvankelijk best angstig. Hoe ver zouden de besmettingen in Nederland oplopen en wat zou dat betekenen voor de gezondheid van mijn familie en collega’s? Door de lockdown werden zeventien miljoen mensen opeens een collectief, gedwongen om stil te staan, niks anders te kunnen doen dan afwachten.
Maar gelukkig zijn we, geholpen door Conny en haar team, als dansers dicht bij elkaar gebleven. Binnen een week waren er dagelijkse Zoom-lessen. Vooraf en na afloop spraken we elkaar, en elke vrijdagochtend deden we dat uitgebreid. Soms was dat emotioneel. Voorop stond dat we elkaar niet uit het oog wilden verliezen, dat we er voor de ander wilden zijn. Dat was goed, mooi, en ook nodig.”
Van binnenuit bewegen
“Als danser kost het mij normaal geen enkele moeite om mijzelf te motiveren, maar in het begin van lockdown vroeg ik mij wel af hóé. Ik volgde de lessen in mijn slaapkamer. Enerzijds gaf dat een gevoel van vrijheid – als ik wilde kon ik na de les mijn bed weer in –, maar de ruimte was zó beperkt, zeker voor iemand met een lang lijf als dat van mij. Ik heb dan ook mijn best gedaan om mijn lichaam meer intern dan extern fit te houden, om als het ware van binnenuit te bewegen. Dat biedt wel ook nieuwe mogelijkheden: je gaat opeens werken met wat je hebt. Het was alsof ik impulsiever begon te bewegen. In een gezelschap werk je volgens een zekere routine, je weet wat ervan je gevraagd wordt, hoe je op de andere dansers moet reageren. Door de nieuwe situatie werd ik als het ware gedwongen om mij af te vragen: maar wat beweegt míj dan eigenlijk?”
Ieder in z’n eigen hokje
“In de eerste week van de lockdown ontvingen we een mail van Conny, ze had een plan voor een nieuw project waarbij we zouden doen wat we normaal doen – dansen – maar dan op een heel andere manier. Iedere danser kreeg de kans om in de studio een eigen solo te maken. Ik was meteen heel erg geïnteresseerd, was nieuwsgierig naar hoe het zou zijn om mij, na zeven jaar bij Conny Janssen Danst, voor het eerst enkel op mijzelf te concentreren.
We werkten voor Monuments in Solitude ieder alleen in de studio, in een afgemeten eigen ‘hokje’, om elk risico op een eventuele besmetting te vermijden. Het voelde heel alleen, verlaten, maar het gaf me ook een gevoel van totale verrijking.”
Katoenzaadje
“Ik ben heel visueel ingesteld en ik schrijf ook veel, ook al ben ik dyslectisch. Dat laatste heeft zowel voor- als nadelen. Het geeft een bijzondere kleur aan wat ik schrijf, maar soms is dat wat ik geschreven heb niet voor iedereen te volgen.
Om een noodzaak te vinden voor mijn solo ben ik eerst vooral gaan schrijven. Op een gegeven moment dacht ik aan katoen. Een katoenzaadje is in de kern maar klein, maar het kent, wanneer het tot draden wordt gesponnen, heel veel mogelijkheden. Het wordt een plant, een T-shirt, een broek, maar het bepaalt voor een deel ook wat we op tv zien en hoe mensen eruitzien. Ik zag een vergelijking met mijn gedachten en mijn lichaam: hoe iets kleins kan uitgroeien tot een veelheid aan mogelijkheden.”
“Ik heb al eerder choreografieën gemaakt, maar dit keer was alles anders. De noodzaak was anders. En waar alles normaal gezien in relatie tot een ander staat, betrekking heeft op een ander, met een ander wordt uitgevoerd, of voor een ander bedoeld is, was deze solo helemaal voor mij alleen. Daardoor kon ik volledig mijzelf zijn. Ik had ook tien minuten alleen maar stil kunnen staan, alleen mijn ademhaling laten spreken. Dat was ook een keuze geweest.” Lachend: “Maar dat is het dus niet geworden.”
>> MET DANK AAN DANSERSFONDS: Dit interview is gehouden in september 2020, t.b.v. het programmaboek bij het het Dansersfonds Balletgala, waar Remy Tilburg zou optreden. Helaas kon het Gala dit jaar niet plaatsvinden, maar kreeg Conny Janssen Danst toestemming het interview te publiceren.
>> Bekijk hier de bijzondere filmversie van de solo Cotton Mind van Remy Tilburg, opgenomen op het dak van Fenix II op Katendrecht in Rotterdam, i.s.m. de Rotterdamse Dakendagen.